Bernard is boos.
Bernard is boos op de wereld. Hij snapt
niet hoe mensen zo kunnen zijn. Hij
snapt niet hoe mensen zo kunnen denken.
Hij snapt niet hoe mensen zo kunnen handelen. Neem nu het verkeer, waarom moet er nu steeds
zo boos gereageerd worden indien hij mooi langs links invoegt. Hij rijdt op de
linkerrijstrook, naast de rechter en waar er moet ingevoegd worden, gaat elk om
de beurt erin. Waarom lukt dat niet?
Waarom laten mensen je er niet door? Waarom moeten mensen moeilijk doen op dat
moment?
Of neem nu de
politiek. Waarom moeten politiekers
steeds zo gericht zijn op eigenbelang? Je
hoort ze spreken over belang voor de mensen, voor België, maar als je ermee in
contact komt, blijkt algauw dat ze dagelijks naar zichzelf kijken. Waar doen zij het meeste voordeel aan? Hoe zorgen zij ervoor dat zij er het beste
uitkomen? Waarom houden ze zich niet aan
de prachtige toespraken en beloftes die ze maken?
Of neem nu
bazen. Eigenlijk zouden bazen matuur
moeten zijn. Ze zouden moeten kunnen
bemiddelen. Ze zouden moeten zorgen voor
hun ondergeschikten. Hen beschermen als
het nodig is, tegen het hogere management en tegen oneerlijke of grove collega’s. Maar in de plaats ervan lopen ze als hondjes
achter hun bazen aan. Bewonderd en
onderdanig. En durven niet te reageren
als collega’s elkaar pesten of met elkaars vruchten gaan lopen. Laat het maar overwaaien zeiden ze, of je
weet toch hoe zij is.
Ik kan nog wel
even doorgaan met voorbeelden geven van mensen en zaken in de wereld die niet
correct verlopen en waarover Bernard zich druk maakt. Maar daarnaast is Bernard ook
ongelukkig. Zijn woede brengt niet de
verandering in zijn leven die hij hoopt te vinden. Hij voelt zich ’s avonds uitgeput. Maakt zich elke dag druk. En er verandert niets. Een hoopje ellende voelt hij zich.
Hoe ga je
hiermee om? Hoe help je iemand die
intellectueel een punt heeft? Ja, we
zouden beter hoffelijk in het verkeer zijn.
Ja, eigenlijk primeert het algemene belang boven het eigenbelang. Ja, bazen zouden best op die eigenschappen
geselecteerd worden. Maar uiteraard
hebben de mensen die hun eigen gedrag stellen ook hun redenen en redeneringen
om dat te doen. In hun hoofd hebben zij
rechten of angsten die rechtvaardigen wat ze doen en waarom ze dat doen. Hun hoofd is eveneens gevuld met hoe anderen
zich zouden moeten gedragen naar hen toe of naar de wereld toe.
Het is slechts
als we deze rechtvaardigen naast elkaar leggen.
Als we aan elkaar onze motieven uitleggen. Als we kunnen zien vanwaar de ander komt, dat
we elkaar opnieuw als mensen zien. Niet
de ont-menselijking brengt ons dichter bij het doel. Maar te zien dat we allemaal onze gedachten
geloven en we ook allemaal oprecht geloven dat onze gedachten de beste en de
eerlijkste zijn. We zitten met zijn
allen in hetzelfde schuitje. Al lijken
deze schuiten totaal andere te zijn.
Bernard was
nieuwsgierig genoeg om even zijn nood anderen te veranderen los te laten en te
proberen zijn eigen woede en
teleurstelling te begrijpen. Want als je
neutraal naar gebeurtenissen kijkt, zie je plots vaak totaal nieuwe dingen
verschijnen. Hij zag nu ook vriendelijke
mensen, toegewijde mensen en sterke bazen.
Maar hij zag vooral zichzelf met zijn nood aan zelfaanvaarding, zijn
nood om zijn hooggevoeligheid warm te omarmen en het mooie hieraan te zien. Hoe meer Bernard zag dat hij met zijn eigen
talenten zijn omgeving elke dag toegewijd kan zijn en hier een verschil kan
maken, hoe minder boos hij werd.
Zich
concentreren op zelfzorg, zijn negatieve gedachten onderzoeken en elke dag
mediteren werden zijn hulpmiddelen. Je
moet Bernard nu eens zien. Hulpvaardig,
krachtig en helemaal Zen. Hij wordt niet
langer geleefd door zijn gedachten, maar wordt nu geleefd door wie hij
werkelijk is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten